Het definitieve afscheid

 

In augustus gaan Lynn, David en Aaron verhuizen naar een eengezinswoning. Daar wordt deze oma ook weer erg blij van. Een lekker tuin, wat meer ruimte en achter de tuin ook nog eens een speelveldje waar andere kindjes spelen. Veel naar buiten, dat vindt Aaron geweldig. Wat is zo’n kleinkind toch bijzonder. Het geeft me zo’n gelukzalig gevoel, dat ik zijn oma mag zijn. Op de kreet ‘oma’ moeten we nog maar eens iets leuks verzinnen. Ik vraag Aaron wel. Hij kletst me de oren van het hoofd. Geweldig.

Deze maand gaan Niels, Tristan, Ingmar en ik op vakantie naar Italië. Naar de camping waar we met Tom, Gees & Wytze en  alle kinderen ook vaak geweest zijn. Ook dit zijn weer fijne weken. We sporten veel, komen nog een heel gezellig stel uit ons stadje tegen en genieten van het even niks moeten. Drie dagen voordat we naar huis zullen gaan, krijgt Niels een appje van de basketbal groep, er is een goeie vriend van vroeger veel te jong, plotseling overleden. Ik ken hem ook. Niels ziet er bleek van. Hij en Paul gaan jaren met elkaar om in een belangrijke periode in hun leven van hun 18e t/m 23e levensjaar. Wat een verschrikkelijk bericht.

De op een na laatste dag gaat mijn telefoon. Anoniem. Dan neem ik op, want het kan voor Tom zijn. En dat klopt. Betsy belt. Tom heeft een zware epileptische aanval gehad. Ik krijg een knoop in mijn maag. Dan zit je even veel te ver bij hem vandaan! Ik vraag hoe de situatie nu is en of ik moet komen. Dat is niet nodig. Maar het zit me natuurlijk niet lekker. Ik wil de kinderen liever niet bellen en dus app ik Gees en beide broers (familie app). Ze gaan onmiddellijk naar Tom. De eerst dag na de aanval ligt Tom bijna in coma. Maar de volgende dag loopt hij alweer over de gang. Het lijkt dus mee te vallen. Als ik thuiskom, ga ik gelijk naar hem toe. Ik schrik toch wel van zijn achteruitgang. De medicatie is aangepast. Tom lijkt verder weg dan ooit. Oh lieve Tom, wat is dit oneerlijk. We gaan naar de crematie van Paul en komen ontdaan weer thuis. Ik huil omdat het zo oneerlijk is. Paul heeft een jong zoontje die zijn vader kwijtraakt. Mijn tranen zijn dan gelijk ook weer voor mijn kinderen, die al zo lang afscheid nemen van hun vader. Niels steunt me geweldig. Jurre was zo jong toen papa ziek werd en de meiden eigenlijk ook. Ondertussen nodig ik wat familie uit elders in Nederland om naar Tom te gaan. Want ik heb er een naar gevoel bij. Ik word weer gebeld, dat Tom in bed is beland en er niet meer uit lijkt te willen. Angstig, met pijn en zwaar vermoeid, zo komt hij over. Ik zeg Janneke dat het niet goed gaat met papa en vraag haar thuis te komen uit Parijs. Ze komt onmiddellijk. Gek genoeg, krijgt Tom een kleine opleving. Hij pakt zelfs haar rechter arm vast, om te masseren, zoals hij dat vroeger ook deed! Heel bijzonder. Jurre is ook mee, de volgende dag en kruipt bij zijn vader in bed. Ik stik erin, als ik die twee zo zie. Ik maak een paar foto’s en zie de gelijkenis zo van beide mannen, nu Tom zo mager is geworden. Jurre heeft zijn vader in zijn armen en kust hem op zijn voorhoofd. Hij heeft dondersgoed door dat papa zijn bed niet meer zal verlaten. Jurre is nu 21 jaar, heeft twee verschillende sokken en schoenen aan, uit respect voor de mensen met dementie. Hij fluistert in Tom zijn oor, dat het goed is, dat hij mag gaan en bedankt hem. Mijn hart huilt, maar ik moet nu even flink zijn. De verzorging is geweldig voor ons. We krijgen koffie, thee en broodjes en zitten dagenlang op wacht. Tom is natuurlijk jong en fysiek altijd erg sterk geweest. Maar we merken nu toch heel duidelijk een snelle achteruitgang. Vrijdag kreunt hij en lijkt onrustig. Wat is er loos, lieve schat? Het is zo moeilijk te peilen. Maar dat dit vreselijk is zien we wel. Vrijdagmiddag spreken de kinderen en ik de nieuwe verpleeghuisarts. Ik vraag me af wat hij zal zeggen. Hij ziet Tom lijden en stelt voor om morfine en slaapmedicatie te geven. We gunnen Tom dit allemaal en stemmen erin mee. Deze arts is een verademing. Meestal komt er kunst en vliegwerk aan te pas om iemand zo lang mogelijk te laten leven. Dit is anders. Dit is meegaan is het proces waar Tom in verkeerd en dus laten we  de natuur haar gang gaan. Maar dan op een vredige manier. Het zo aangenaam mogelijk maken voor de patiënt. Tom valt in een diepe slaap en wij blijven die avond zo lang mogelijk bij hem. Toch gaan we thuis een paar uurtjes slapen. De volgende ochtend worden we gebeld en Tom lijkt te gaan sterven. We zijn bij hem en proberen hem in vrede te laten gaan. Maar Tom is nog niet zover. Hij ligt diep in slaap en reageert niet meer. De zaterdag en zondag verlopen rustig. Ondertussen komen mijn ouders en familie langs. Zus Cynthia is er ook zoveel mogelijk. We veroveren een familiekamer dichtbij Tom. Mijn mams neemt soep mee ondertussen passeren de fotoboeken de revue.

Dit zijn bijzondere dagen. Het is alsof meneer Alzheimer verdwenen is. Tom ziet er vredig uit. Ik herken hem weer zoals hij vroeger was. We liggen als apen om hem heen, Lynn op een schouder, Sanne haar hand op zijn hart, Janneke met haar hoofd naast Tom zijn gezicht en ik op de andere schouder. Familie loopt in en uit, we lachen, huilen, kijken foto’s, schrijven teksten en voelen ons een. Maandag gaat Lynn voor de echo. Ze krijgt te horen wat het gaat worden en wil dit dolgraag papa nog influisteren. Dit lukt. We kopen een armbandje en Lynn schrijft de naam op van onze kleindochter. Dat armbandje krijgt opa Tom mee, om zijn pols.

Op dinsdag 18 september, de verjaardag van zijn zus Cynthia ligt Tom al vier dagen op sterven. Het is op de dag af dat we tien jaar geleden op weg gingen voor het onderzoek in het VU Amsterdam. We zijn die hele dag weer bij hem en weten nu even niet meer hoe lang dit gaat duren. Dat klinkt heel raar, maar zo voelde het ook wel. Om half 10 ’s avonds gaan Cynthia, de meiden en ik toch maar weer naar huis. Broer Sybrand en Tom’s grote vriend Johan, zijn ’s avond bij hem. Ik fluister Tom weer in dat ik van hem hou en zeg hem welterusten. Dan om 22.05 uur als ik net in bed lig met Janneke gaat opnieuw de telefoon. Tom is vredig ingeslapen met de twee waakhonden naast hem. Dankbaar dat de mannen bij hem waren, dat Tom niet alleen was..  Als we veel later die avond weer thuiskomen, heeft Jurre de kaarsjes aan en staat er mooie muziek op. We laten de tranen vloeien en zijn er heel stil van…

Ik hoorde later dat diezelfde avond Phillip Scheltens op tv was. De arts die het onderzoek exact tien jaar geleden had uitgevoerd. Is dat toeval? Die diagnose kregen we op 25 september 2008, dan moet dit de datum van de uitvaart worden. Gees adviseert me een dame die de uitvaart kan begeleiden en zo kom ik met Larissa in contact.

En dan volgt er een hectische, maar ook weer zeer hechte week met elkaar. Sanne maakt een prachtige film voor tijdens de dienst, Janneke en ik schrijven onze speech. Gees, Cynthia en Johan bereiden zich ook voor. We zoeken muziek uit. We regelen de kerk, we zijn niet gelovig, maar we nodigen veel mensen uit en ik wil iedereen in de gelegenheid stellen om afscheid te nemen. Die Larissa is een vakvrouw. Ze weet ons hierin op een liefdevolle, rustige en bescheiden manier te begeleiden. We besluiten dat we Tom, zoals het ook ging bij Paul, in de zonnebloemen te zetten. Want Tom was ons zonnetje in huis en Gees en ik waren vroeger altijd dol op de velden met zonnebloemen in Italië. Janneke moest hier vreselijk om lachen, eigenlijk werden Gees en ik vierkant uitgelachen.

Er kwamen zoveel bloemen, die Timo en Sybrand na de dienst bij de instelling waar Tom woonde hebben gebracht. Vandaar uit hebben de broers Tom ook samen opgehaald met de rode auto van Larissa. Er werd een mooie erehaag gevormd in NM met een laatste groet voor Tom. De broers waren erg emotioneel. Ze waren ook zo close met hun zwager. Ze brachten Tom naar de kerk en daar stroomden de mensen binnen. Wij zaten in de familiekamer, ons voor te bereiden op de dienst. De zon scheen door de ramen, Tom stond op een podium met een zee van bloemen en een prachtige foto van hem op de kist. De film, de woorden, de muziek, ons leven van voor de diagnose en het leven daarna vloeiden ineen. En dat voelde goed. Al die mensen die hem na de diagnose kenden, leerden hem nu kennen van vroeger, een vrolijke, gekke uitbundige papa en echtgenoot. En diegene van vroeger zagen in hoe schrijnend het ziektebeeld dementie is. Na de dienst kwamen er vele mensen ons condoleren, maar ik kon natuurlijk niet alle mensen de hand schudden. Want we gingen met ons gezin naar het crematorium. Larissa had de rode auto voorgereden en Niels, Jurre, Timo en Sybrand droegen Tom naar de auto. Toen vroeg Larissa wie wilde rijden en ter plekke bedacht ik dat ik dat zelf wilde doen. Jurre sprong achter me. Ik draaide het raam open, de zon scheen, de muziek van Lizz Wright “Get Together’ speelde. Ik had een hand aan het stuur en de andere hand op de kist. Jurre zat achter me en had een hand in mijn nek en de andere op de kist. En zo reden we deze laatste rit van Tom, in deze bijzondere sfeer richting crematorium. Een rit om nooit te vergeten.

 

Dankjewel, lieve Tom. Dank voor het fantastische leven dat ik samen met jou mocht beleven. En voor die 4 heerlijke kinderen die we samen op de wereld mochten zetten.